Daniil Charms (1905-1942) behoorde tot de laatste en misschien wel meest extreme avant-garde groep, de Oberioe (Ob''edinenie Real'nogo Iskusstva). In deze groep waren allerlei kunstrichtingen vertegenwoordigd, dus niet alleen literatuur, maar ook theater, film en muziek. Er waren ook nauwe banden met de schilderkunst (o.a. met Kazimir Malevich en P. Filonov). Hun tot 1930 getolereerde optredens waren complete happenings die het toenmalige publiek behoorlijk shockeerden.




In 1927 schreef Charms Elizaveta Bam, dat we het best kunnen omschrijven als absurd avant la lettre, aangezien het duidelijk anticipeert op het Absurde Theater van Beckett en Ionesco uit de jaren vijftig. Het stuk bestaat uit 19 korte scenes. Charms zelf noemt hen kuski, die allemaal een titel hebben. Karakteristiek voor al deze 'stukken' is dat allerlei traditionele normen en conventies betreffende drama, theater en literaire genres voortdurend en op onverwachte wijze doorbroken worden. Dit spel met de conventies is omraamd door twee bijna identieke 'stukken', die een actuele 'realistische' situatie schetsen, namelijk de dreigende arrestatie van de heldin Elizaveta Bam. Deze dreiging loopt als een rode draad door het gehele stuk en vormt het enige houvast voor de toeschouwer die een reeks van absurditeiten en a-logisch verbonden 'stukken' voorgeschoteld krijgt.



Elizaveta Bam - Tatjana Das
Ivan Ivanovic - Hildo Bos
Petr Nikolaevic - Richard Hoogland
Mamasa - Marjo Visser
Papasa - Hemme Battjes
Niscij – Aleksander Woudt

Spelbegeleiding – Henny Dorr, 
                                        Jenny Stelleman, 
                              Olja Tielkes
Decor – Marina Kellerman, 
                 Hans van der Molen
Licht – Raoul Vollebergh
Muziek – Loes Visser (koor)
                             JuliĆ«tte van Menk (piano)
Kostuumadviezen – Marina Kellerman
Met dank aan – Tatjana Khrapovitskaja
Mia Decleir
Jan Pama


Elizaveta Bam werd in 1990 opgevoerd




Het Slavisch Toneel